Bijgebouwen

Onder het rijksbeschermde ‘complex historische buitenplaats’ behoren naast het hoofdhuis en de historische parkaanleg ook de andere gebouwen en onderdelen zoals hieronder beschreven. Samen vormen zij een ensemble.

De oprijlaan naar het landhuis wordt geflankeerd door twee ronde hardstenen hekpijlers met de opschriften LAREN – BERG . Na het betreden van de oprijlaan en voorbij het hoofdhuis treft u het prachtige voormalige koetshuis met stallen aan. Dit gebouw , uitgevoerd in chaletstijl, dateert van 1897.

Verderop, in het park, staat een prachtig houten theehuisje in chaletstijl met een binnenruimte en een veranda. Vanaf het theehuisje ervaart u een prachtig uitzicht over de grote weide. Daarnaast zijn op het landgoed bij de historische moestuin nog de  verwarmde historische kassen met broeibakken te vinden. De kassen konden worden verwarmd door een verwarmingsketel in een daaronder gelegen gemetselde kelderruimte, toegankelijk via een keldertrap. Voor de rookafvoer is er een schoorsteen aan de achterzijde van de kas. Eveneens in deze hoek van het landgoed treft u de historische moestuinmuur voor leifruit en de helaas enigszins ruïneuze oranjerie aan. Enkele honderden meters verder heuvelafwaarts richting Laren staat aan de Naarderstraat nog de voormalige dienstwoning uit ca. 1897.


HEKPIJLERS

Het begin van de oprijlaan naar het buitenhuis wordt geflankeerd door twee ronde hardstenen hekpijlers met op de verzwaring van de kop het opschrift LAREN – BERG. Met licht gebogen horizontale smeedijzeren staven zijn deze twee verbonden met de buitenste, iets terug geplaatste, minder forse hardstenen pijlers met een overeenkomstige uitvoering. Dit geheel moet tot de oorspronkelijke bouwfase worden gerekend.

 

 

 

THEEHUIS
Ten oosten van onderdeel 1, oorspronkelijk opgenomen in de randbeplanting, met uitzicht over de grote weide, staat een houten theehuis in chaletstijl op een rechthoekige grondslag. Het bestaat uit een veranda en een binnenruimte, die aan drie zijden beglaasd is. Tegen de gesloten achterwand staat een buffet, geflankeerd door twee wandkasten. Het geheel in hout uitgevoerde gebouw heeft een met mastiek bedekt lessenaarsdak. Het theehuis is een voorbeeld van prefab-houtbouw.

 

 


VOORMALIGE KOETSHUIS

Het ten noorden van het erf gelegen gebouw bestaat uit vier aaneengevoegde bouwvolumes. Ten eerste een ter linkerzijde gelegen bouwdeel met verdieping onder een pannen zadeldak. Ten tweede een aan de rechterzijde aansluitend maar iets terugspringend laag blokvomig bouwdeel met een plat dak, het voormalige koetshuis.

Ten derde een ondiep deel met verdieping met een plat dak; op de verdieping was de koetsierswoning. Deze woning was toegankelijk via een rechte steektrap in een lage haakse aanbouw met plat dak en op het dak uitgebouwd trappenhuis onder lessenaarsdak. Het achterste deel is een stal, vermoedelijk van latere datum.

Het pand is gecementeerd, met bakstenen plint, waarbij horizontale banden en ontlastingsbogen van vensters, deuren en omrandingen van oeils-de-boeuf zijn uitgevoerd in een strakke onbezande oranjerode baksteen, terwijl de gedecoreerde constructieve delen van hardsteen zijn. Het linkerdeel is voorzien van een ver overstekend zadeldak, waarvan de dakranden en goten rusten op in chaletstijl/vakwerkstijl uitgesneden decoratieve randen en consoles. Voor deze detaillering lijkt de in 1888 verschenen ‘Architectonische vormleer’ (1880-1888) van de Delftse hoogleraar E. Gugel te zijn gebruikt.

In de voorgevel van dit bouwdeel bevindt zich een getoogd venster met roedenverdeling, mogelijk oorspronkelijk een deur, geflankeerd door twee kleinere vensters met kalf en roedenverdeling. Op de verdieping een segmentvormig getoogd voormalig hooiluik, geflankeerd met twee schijn-oeils-de-boeuf. In de top een halfrond schijnvenster met hardstenen vensterbank en rijk gedecoreerde hijsinrichting. In het terugspringend rechterdeel, waarvan het muurvlak wordt afgesloten door een houten kroonlijst met consoles en gepleisterd fries, links een segmentboogvormige inrijpoort met naar buiten openslaande, rijk gedecoreerde deuren, waarvan het bovenste deel is beglaasd en rechts gekoppelde, getoogde vensters met kalf en roedenverdeling en deels met glas-in-lood uitgevoerd. In de rechterzijgevel een drietal getoogde vensters, uitgevoerd zoals in de voorgevel. In het hoge deel op de verdieping recentere vensters. In de achtergevel op de begane grond een met uitzondering van het bovenlicht dichtgezette inrijpoort. In de lage achtervleugel een venster met segmentvormige ontlastingsboog en later aangebrachte ingang met bovenlicht. In de linkerzijgevel linksachter op de verdieping een zesruitsschuifvenster en later ingebroken muuropeningen, toen een tweede woning werd uitgebouwd. Inwendig in het deel linksvoor de stal met vrijwel oorspronkelijke inrichting met tegen de achterwand vier paardeboxen met gietijzeren afscheidingen; op de verdieping was de hooizolder, die nu als woning is ingericht.In het rechterdeel het rechthoekige koetshuis met oorspronkelijke sierbestrating en lambrizering. In de linkerzijwand een houten tuigenkast met in het midden een buffetkast. In dezelfde wand de oorspronkelijke kozijnen en paneeldeuren.


MOESTUINMUUR

De moestuin wordt aan de zuidzijde begrensd door een bakstenen steensmuur, gedekt door een ezelsrug rustend op een tandlijst. Aan de achterzijde bevinden zich op regelmatige afstanden brede met vlechtingen voorziene steunberen. Tussen de steunberen zijn spalieren ten behoeve van leifruit aangebracht.

 

 

 

 

 

KAS
In de moestuin ligt een complex van kassen, bestaande uit een hoger deel, de druivenkas, en een aan de korte zijde aansluitend versmald en lager deel met drie te verwarmen broeibakken. De kas bestaat uit een in halfsteens verband gemetseld basement en een groengeschilderde houten opbouw, een verzwaard raamwerk van stijlen en spanten in combinatie met lichte stijlen en liggers en een nok met een beweegbaar been. De kassen konden worden verwarmd door een verwarmingsketel in een daaronder gelegen gemetselde kelderruimte, toegankelijk via een keldertrap. Voor de rookafvoer is er een schoorsteen aan de achterzijde van de kas.